Dag 17; Death Valley National Park, CA

dinsdag 11 april 2017

De volle maan heeft plaatsgemaakt voor een dik wolkendek, het is bijna nooit bewolkt in de Death Valley maar vandaag wel. Er zijn nog een paar dingen die we willen zien in dit park, we kunnen niet overal komen met de camper, sommige wegen kun je alleen met een 4-wiel drive bereiken en andere wat betere wegen zijn alleen geschikt voor auto’s die wat hoger op de wielen staan. 
Salt Creek
Wij mogen officieel niet off-road rijden dus de dirt-roads slaan we over. We rijden eerst naar de Salt Creek, een  zoutwater stroompje van soms maar een paar centimeter diep, waar alleen in de lente water door stroomt. Hier leven kleine visjes die alleen in de lente te zien zijn, ’s winters bewegen ze niet en ’s zomers duiken ze weg in de modder. Er is een boardwalk aangelegd langs en over het beekje zodat je de kleine pupfish goed kunnen zien. 

Pupfish
Dit kleine bijna doorzichtige visje zwom heel lang geleden in de meren van Death Valley maar heeft om te overleven zichzelf aangepast aan de  omstandigheden. Dit visje is zo uniek dat het nergens anders ter wereld voorkomt. Qua grootte en vorm lijken de visjes op guppies. Ze worden hier pub visjes genoemd omdat ze heel beweeglijk zijn en constant hard  achter elkaar aanzwemmen, elkaar lijken uit te dagen en met elkaar dartelen.

Stovepipe Wells village
Daarna rijden we richting de westelijke uitgang van de Death Valley National Park, waarbij we de Sand Dunes weer passeren en door Stovepipe Wells village komen. Dit dorpje is wat kleinschaliger als Furnace Creek Village en daardoor wat gemoedelijker. We stoppen hier voor een bezoekje aan de General Store voor we door rijden over de Towne Pass naar Panamint Spring. In de Panamint Spring Valley zien we een coyote langs de kant van de weg staan, als we stoppen steekt hij rustig voor ons over en blijft aan de andere kant van de weg nog even dralen voor hij verder loopt. 
In Panamint Spring moeten we tanken, maar omdat de benzine hier echt belachelijk duur is kopen we maar 10 Gallon, genoeg om uit de Death Valley te komen en dan buiten de tank vol te gooien. We rijden weer een bergpas over en komen bovenop bij het Father Growly vista point.  
Father Growly vista point
Vernoemd naar een katholieke priester die daar in de omgeving missiewerk heeft uitgevoerd in de 17 de eeuw. Van hier hebben we uitzicht over een landschap van lava stromen en vulkanische as die abrupt over gaat in de Rainbow Canyon. 
Een korte wandeling vanaf de parkeerplaats brengt ons naar een punt waarop we een weids uitzicht hebben over de Panamint Valley. Helaas is door de bewolking het weer wat heiig en zien we geen heldere kleuren. 
Panamint Valley
Kort daarna rijden we Death Valley National park uit en gaan we richting Kings Canyon National Park in Californië. Om hier te komen moeten we om de Sierra Nevada heen rijden, te lang rijden voor één dag daarom maken we een tussenstop in Bakersfield bij een Walmart. 
De eerste Walmart waar we naar toe rijden voelen we ons niet helemaal prettig, daarom zoeken we een andere Walmart en hier voelt het meteen een stuk beter aan. Daar staat al een aantal campers achter elkaar langs een hoge geluidswal, het is hier heerlijk rustig.  Het is inmiddels behoorlijk laat geworden, eerst kwamen we in de spits in de file terecht veroorzaakt door een aanrijding en daarna moesten we nog de andere Walmart opzoeken. 

Sierra Nevada
We moeten toch even boodschappen doen voor het avondeten en dan zien we weer allerlei leuke dingen en komen we pas om 9 uur de winkel weer uit. Dan maar een snelle en makkelijke maaltijd op z’n Mexicaans, koffie en  en nog een stukje schrijven voor de blog, het was weer even intensief dagje vakantie.


Vandaag gereden: 247 miles (397 km)
Camping: Walmart Bakersfield, CA



Geen opmerkingen:

Een reactie posten