Dag 16: Death Valley National Park, CA

maandag 10 april 2017

Voor we vertrekken laten we de gas tank vullen, die is bijna leeg, we hebben de afgelopen twee weken vaak de verwarming aangehad. In Death Valley is benzine en gas heel schaars en daarom erg duur, maar we willen niet het risico willen lopen zonder gas te zitten, we hebben dit ook nodig om te koken en te koelen, immers zonder elektriciteit werken de koelkast en vriezer ook op gas, dus vullen we het bijtijds aan. In Death Valley staat het eerste Visitor Center in Furnace Creek Village, het centrum van dit Nationale Park.
Zabriskie's Point
Death Valley is één van de nieuwste National Parks van Amerika. Het in 1994 gevormde park wordt vaak onterecht overgeslagen door bezoekers omdat men denkt dat er in de woestijn niet veel te zien valt, maar met 14.000 vierkante kilometer (half zo groot als België) is het één van de grootste Nationale Parken met vele verschillende landschappen en uitzichten.
De geologische ontwikkeling van het gebied dat nu Death Valley omvat is complex. Kort gezegd zijn er verschillende periodes geweest over de laatste 1,7 miljard jaar waarin verschillende sedimentaire lagen aangelegd werden en deels weer erodeerden. Death Valley heeft meerdere keren onder water gestaan en er is ook een theorie dat er ooit gletsjers zijn geweest. Ongeveer 16 miljoen jaar geleden begon de aardkorst in Noord-Amerika zich uit te strekken, wat twee tot drie miljoen jaar geleden ook Death Valley beïnvloedde: toen werd de vallei op een breuklijn gecreëerd zoals die er heden ten dage min of meer uitziet. De vallei werd gedurende verschillende ijstijden gevuld met sedimentafzettingen en zelfs meren, waaronder Lake Manly.
Badwater Basin
Het woestijnlandschap dat vandaag de dag in Death Valley de boventoon voert is ontstaan uit de meren, die opdroogden doordat het gebergte de Sierra Nevada ze niet langer van smeltwater voorzag. Hierdoor concentreerden zout en mineralen zich en werd Death Valley de droge, hete plek die het nu is. Death Valley doet zijn naam eer aan, het weer is er extreem, vooral 's zomers. Het gebied is één van de droogste, heetste plaatsen in de VS en zelfs op aarde. In de winter en lente is de temperatuur over het algemeen redelijk aangenaam (het vriest bijna nooit), maar tussen april en oktober zijn de temperaturen erg hoog. Nu ligt de dagtemperatuur op 25°C overdag en ‘s nachts op 17°C. De gemiddelde dagtemperatuur in Death Valley ligt in juli en augustus rond de 45°C in de schaduw en 's nachts koelt het niet verder af dan 30°C. Deze hoge temperaturen komen onder meer door de vorm en de diepte van Death Valley, delen van de vallei liggen 85 meter onder zeeniveau en worden omringd door hoge bergen, die het wolken vrijwel onmogelijk maken om de vallei te bereiken. Er is daardoor nauwelijks bewolking en nauwelijks regen en het zonlicht heeft in de vallei vrij spel. 
Badwater Basin
Onderweg naar het grootste Visitor Center bij Furnace Creek komen we langs Zabriskie’s Point, hier hebben we een groots uitzicht over de "Badlands", een door erosie gevormd landschap van geulen die door het berglandschap heen kronkelen. Zabriskie’s Point is het mooiste bij zonsopgang en zonsondergang, maar voor het eerste zijn we te laat en het tweede te vroeg.
We stoppen hier en lopen naar boven voor een magnifiek uitzicht. We zijn hier niet alleen, naast de vele auto’s en campers staan er ook drie grote reisbussen op de parkeerplaats. Deze tijd van het jaar is een populaire tijd voor de Death Valley vanwege de temperatuur en het is de laatste maand dat de campings nog open zijn, vanaf volgende maand mogen campers hier niet meer rijden en zijn bijna alle campings gesloten omdat het dan te warm wordt. 
Devil's Golf Course
Bij het Visitor Center horen we dat de Furnace Creek Campground al vol is maar dat er nog wel plek is op de Sunset- en Texas Spring Campground, daar worden de plekken vergeven via het ‘first come, first served’ principe. Omdat we zeker willen zijn van een plekje voor vanavond, rijden we daar eerst naar toe. We vinden nog een vrij plekje op de Texas Spring Campground en reserveren die voor onszelf. We hangen een kaartje aan de paal om aan te geven dat we hebben betaald voor de plek en leggen voor de zekerheid ook nog maar een tafelkleedje op de picknicktafel zodat duidelijk is dat deze plek bezet is. Dan rijden we het park weer in en gaan op weg naar Badwater Basin, een grote zoutvlakte, 282 feet (85,5 meter) onder zeeniveau. 
Artists Pallete Drive
Ook hier is het erg druk en hebben we moeite om een vrije parkeerplaats te vinden. We lopen een stuk het Badwater Basin in, door het witte platgetrapte zout lijkt het net een ijsbaan in de zon. We rijden dezelfde weg terug, maar stoppen nu bij Devil’s Golf Court, een grote, door wind en regen geërodeerde zoutvlakte vol met zoutholtes en zoutpilaren. De vlakte is zo kriegelig van opzet dat alleen de duivel hier zou kunnen golfen.
Artists Palette
Na Devil’s Golf Court komen we bij Artist’s Palette Drive, een eenrichtingsweg langs rotsen in vele verschillende unieke kleuren, zoals rood, geel, roze, groen en paars. Deze kleuren zijn afkomstig van het oxidatieproces van verschillende soorten metalen in de gestapelde lagen van de rotsen en geven het landschap een bijzondere aanblik. We stoppen meerder keren om foto’s te maken en blijven maar roepen dat het zo mooi is.
Mesquite Flat Sand Dunes
Terug bij Furnace Creek Village, rijden we door naar de Mesquite Flat Sand Dunes. Zandduinen zijn redelijk ongewoon in woestijnen, slechts één procent van de woestijn bestaat ook daadwerkelijk uit zandduinen en de Mesquite Flat Sand Dunes zijn de meest toegankelijke. Er zijn geen officiële wandelpaden, maar we mogen het gebied gewoon inlopen. Het valt ons wat tegen, misschien omdat we gewend zijn aan duinen in Nederland. Vermoeid van de vele indrukken rijden we naar de camping terug waar we relaxen in de zon. De camping is inderdaad helemaal vol nu, maar goed dat we bijtijds een plekje hebben gereserveerd. De temperatuur is heerlijk, dus eten we lekker buiten.
Vlak voor het naar bed gaan lopen we nog even over de camping, het is volle maan en dus niet echt donker, het maneschijnsel geeft een surrealistisch beeld, de geel witte rotsen worden zacht uitgelicht boven de donkere camping omgeving.


Vandaag gereden: 146 miles (235 km)
Camping: Texas Spring Campground - Death Valley, CA



Geen opmerkingen:

Een reactie posten